Het fameuze btw-attest in de bouw is afgeschaft en vervangen door een verklaring. Sinds wanneer is dat en wat is daarbij toch wel van belang?
Klassieke voorwaarden voor het 6%-tarief in de bouw:
- Het moet gaan om werken in onroerende staat die uitgevoerd worden door een aannemer aan een pand dat hoofdzakelijk als woning gebruikt wordt en dat minstens tien jaar in gebruik is.
- De klant van de aannemer moet een attest ondertekenen waarin hij verklaart dat de voorwaarden voor het 6%-tarief van toepassing zijn.
Sterke vereenvoudiging! Sinds 1 januari 2022 is dat attest namelijk vervangen door een vermelding op de factuur van de aannemer (wet van 27.12.2021, BS 31.12.2021) . Die verklaring luidt als volgt en is letterlijk over te nemen op de factuur:
“Btw-tarief: Bij gebrek aan schriftelijke betwisting binnen een termijn van één maand vanaf de ontvangst van de factuur, wordt de klant geacht te erkennen dat (1) de werken worden verricht aan een woning waarvan de eerste ingebruikneming heeft plaatsgevonden in een kalenderjaar dat ten minste tien jaar voorafgaat aan de datum van de eerste factuur met betrekking tot die werken, (2) de woning, na uitvoering van die werken, uitsluitend of hoofdzakelijk als privéwoning wordt gebruikt en (3) de werken worden verstrekt en gefactureerd aan een eindverbruiker. Wanneer minstens een van die voorwaarden niet is voldaan, zal het normale btw-tarief van 21 pct. van toepassing zijn en is de afnemer ten aanzien van die voorwaarden aansprakelijk voor de betaling van de verschuldigde belasting, interesten en geldboeten” .
Verplicht te gebruiken? Nog niet. De aannemer mag nu reeds gebruikmaken van die verklaring op zijn factuur, maar hij mag ook nog zijn attesten gebruiken en dat tot en met 30 juni 2022. Vanaf 1 juli 2022 is de verklaring verplicht om het 6%-tarief te mogen toepassen.